Verstoring broedvogels
schriftelijke vragen
Nijmegen, 16 september 2024,
Betreft: Verstoring van broedvogels door maaiwerkzaamheden
Geacht college van dijkgraaf en heemraden,
Afgelopen augustus zijn in opdracht van het Waterschap Rivierenland maaiwerkzaamheden verricht langs een watergang bij het wandelpad tussen de Whemedreef en Eimersweide in Arnhem Zuid. Hierbij zijn de rietkragen tot de waterlijn gemaaid. Een omwonende heeft in een LinkedIN-post laten weten dat zij diezelfde ochtend nog zeker drie broedparen van de karekiet in de rietkragen had gesignaleerd. Zij heeft de uitvoerder tijdens het maaien aangesproken, waarop deze de werkzaamheden heeft stilgelegd. Ook heeft zij een handhavingsverzoek ingediend bij de provincie Gelderland. Volgens deze omwonende zijn vorig jaar door dezelfde uitvoerder op dezelfde plek vijf broedparen van de karekiet met een verlaat legsel verdreven en twee meerkoetnesten met kuikens vernield.
Maaiwerkzaamheden aan watergangen worden door de waterschappen uitgevoerd volgens de Gedragscode Wet Natuurbescherming voor waterschappen, onderdeel soortbescherming, bestendig beheer en onderhoud. Dit betekent dat de waterschappen voor beheer- en onderhoudswerkzaamheden zijn vrijgesteld van een ontheffingsaanvraag soortbescherming. In plaats daarvan moeten de waterschappen een ecologisch werkprotocol opstellen.
WSRL werkt met het Ecologisch werkprotocol Watergangen. Hierin lezen we dat broedende vogels, nesten en eieren die bij maaiwerkzaamheden worden aangetroffen, altijd moeten worden gespaard, en dat broedende vogels niet mogen worden verstoord, ook niet buiten het broedseizoen. Tijdens het broedseizoen moet vóór het maaien worden gecontroleerd op de aanwezigheid van broedende vogels en nesten. Deze moeten worden gemarkeerd en gedocumenteerd. Daarnaast moet het werkgebied jaarrond, dus ook buiten het broedseizoen, worden gecontroleerd op beschermde soorten. Hiervoor is de aanwezigheid van 1 extra persoon vereist. Het broedseizoen dat voor het Ecologisch werkprotocol Watergangen wordt gehanteerd loopt van 15 maart tot 15 juli.
Het Ecologisch werkprotocol moet altijd op de werkvloer aanwezig zijn voor controle door het bevoegd gezag.
Conform artikel 4.5 lid 1 van het reglement van orde voor het algemeen bestuur 2024, leg ik u de volgende vragen voor:
Bent u op de hoogte van bovengenoemde casus?
Bent u ervan op de hoogte dat vorig jaar op dezelfde locatie broedvogels zijn verstoord, nesten zijn vernield en kuikens zijn gedood? Zo ja, welke stappen heeft WSRL naar aanleiding hiervan genomen?
- De kleine karekiet is een beschermde vogelsoort volgens de Omgevingswet.
Is de organisatie op de hoogte van het feit dat het doden van vogels en het verstoren van vogels tijdens het broedseizoen in strijd is met de wet?
Bent u het met me eens dat het onwenselijk is dat vogels worden gedood en broedende paren worden verstoord bij beheer door of in opdracht van WSRL?
Wat vindt u van de begin- en einddatum van het broedseizoen (respectievelijk 15 maart en 15 juli) in het Ecologische werkprotocol voor watergangen, gelet op het feit dat de wet geen vaste periode voorschrijft voor het broedseizoen en moerasvogels en andere watervogels meestal tussen 1 april en 15 augustus broeden?
Bent u het met me eens dat het verstoren van broedende water- en moerasvogels kan worden voorkomen door het broedseizoen in het ecologisch werkprotocol te verruimen en de einddatum te verschuiven naar 15 augustus? Zo ja, wilt u zich daarvoor inzetten?
- Heeft iemand - een medewerker van WSRL, een uitvoerder in opdracht van WSRL of een ecoloog - voorafgaand aan de geplande maaiwerkzaamheden gecontroleerd of er nesten en broedparen aanwezig waren in het gebied?
Zo ja, wat waren in dit geval de bevindingen?
Zo nee, waarom niet?
- WSRL dient onderhoudswerkzaamheden te (laten) verrichten volgens de Gedragscode Wet Natuurbescherming voor waterschappen en heeft een Ecologisch Werkprotocol Onderhoud Watergangen en een Ecologisch Werkprotocol Onderhoud Waterkeringen.
Is al het uitvoerend personeel hiermee bekend?
Zijn alle uitvoerders die in opdracht van WSRL werken hiermee bekend?
Heeft een medewerker van WSRL de uitvoerder van de maaiwerkzaamheden in Arnhem Zuid voldoende geïnstrueerd om de gedragscode na te leven middels het ecologisch werkprotocol?
In het ecologisch werkprotocol staan vier strategieën waaruit voorafgaand aan het maaien gekozen kan worden tijdens het broedseizoen (Ecologisch Werkprotocol Onderhoud Watergangen, p.17). Voor welke is er in het geval van de kleine karekieten in Arnhem Zuid gekozen?
Waren ten behoeve van de controle op de naleving van de Gedragscode Wet Natuurbescherming voor waterschappen de volgende documenten aanwezig op de locatie van de maaiwerkzaamheden in Arnhem: de rapportage van het flora- en faunaonderzoek, een exemplaar van het ecologisch werkprotocol en een kaart met de verspreiding van beschermde soorten over het werkterrein. (Gedragscode Wet Natuurbescherming voor waterschappen, p. 27)
In de Gedragscode Wet Natuurbescherming voor waterschappen staat: “Voor de uitvoering van werkzaamheden zorgt een waterschap ten behoeve van zijn beheer- en onderhoudsplannen en voor de daarop gebaseerde bestekken voor een voldoende dekkend en actueel inzicht in het vóórkomen van juridisch beschermde soorten in en rond het object van de werkzaamheden.” (p.23) Wanneer heeft WSRL voor het laatst het voorkomen van en de verspreiding van beschermde soorten in het werkgebied in kaart gebracht?
Wat gaat het college doen om herhaling te voorkomen, zowel op dezelfde locatie als elders in het waterschap?
Ik zie de antwoorden op deze vragen graag tegemoet.
Met (dier)vriendelijke groet,
Hanneke van Broekhoven
Namens Paul van Gent & Lysanne Jackson
Partij voor de Dieren
Beantwoording
De antwoorden op deze vragen zijn hier te vinden.
Interessant voor jou
Noodkreet voor PFAS-verbod
Lees verderGeuroverlast vanuit de rioolwaterzuivering
Lees verder